Een vrouw van 80 is deze week in Amsterdam overleden na een bezoek van nepagenten. De politie Amsterdam onderzoekt of de vrouw slachtoffer werd van een babbeltruc aan de deur. Het incident gebeurde in de hoofdstad, in een woning. De gemeente en politie waarschuwen ouderen en buren om extra alert te zijn.
Politie onderzoekt nepagenten-truc
De recherche van politie-eenheid Amsterdam onderzoekt de zaak en kijkt naar camerabeelden en tips. Er wordt nagegaan of de verdachten zich hebben voorgedaan als agenten om binnen te komen. De dood van de vrouw en de mogelijke babbeltruc worden in samenhang bekeken. De politie spreekt van een ernstig incident dat veel impact heeft.
Getuigen uit de straat en directe omgeving worden opgeroepen zich te melden. Ook ondernemers met camera’s, zoals supermarkten en winkeliers op de hoek, kunnen beelden delen. Dat helpt bij het vaststellen van een route en tijdlijn. Anoniem melden kan via Meld Misdaad Anoniem.
De politie vraagt bewoners in hetzelfde portiek of blok te letten op verdachte situaties. Denk aan onbekenden met hesjes of pasjes die snel toegang vragen. Bel direct 112 bij spoed, of 0900-8844 voor tips. Noteer signalementen en tijdstippen zodra het veilig kan.
Het Openbaar Ministerie Amsterdam wordt op de hoogte gehouden over de voortgang. Als er meer duidelijk is, volgt een update over eventuele aanhoudingen. De politie deelt dan ook gerichte preventietips voor de buurt. Op het moment van schrijven zijn nog geen verdachten aangehouden bekendgemaakt.
Babbeltrucs raken vooral ouderen
In Amsterdam komen babbeltrucs geregeld voor, vooral bij ouderen die alleen wonen. Criminelen doen zich voor als agent, monteur of bankmedewerker. Ze gebruiken een verhaal om binnen te komen en vragen soms om pinpas of sieraden. Het gaat vaak snel en onverwacht.
Stadsdelen met veel senioren, zoals delen van Zuid, Oost en Nieuw-West, zien al langer deze werkwijze. Huis-aan-huisbelletjes komen vaak in de middag of vroege avond. De druk op bewoners is groot door het uniform of een overtuigend verhaal. Vertrouwen en schaamte maken melden soms lastig.
De politie benadrukt dat echte agenten zich altijd legitimeren en geen pasjes innemen. Een medewerker van de bank komt niet aan huis voor pincodes. Twijfelt u bij de deur, sluit dan en bel zelf het algemene nummer. Zo houdt u controle over de situatie.
“Echte agenten vragen nooit om uw pincode of pinpas.”
Gemeente bekijkt extra preventie
Het stadsbestuur wil dat Amsterdammers veilig thuis kunnen wonen. Burgemeester Femke Halsema, verantwoordelijk voor openbare orde en veiligheid, spreekt regelmatig met politie en stadsdelen over aanpak van woningcriminaliteit. Preventie krijgt daarbij een grotere rol. Dat betekent simpel uitleggen, dichtbij bewoners, en via organisaties die zij al kennen.
De gemeente werkt in de wijken vaak samen met woningcorporaties en de thuiszorg. Brieven in het portiek, korte bijeenkomsten in buurtkamers en informatie via huismeesters helpen. Zo bereiken waarschuwingen ook mensen die weinig online zijn. Stadsdelen kunnen dit gericht inzetten, bijvoorbeeld rondom seniorencomplexen.
De directie Openbare Orde en Veiligheid van de gemeente kijkt welke acties nu het meest nodig zijn. Denk aan extra wijkagent-inloopuren en mobiele informatiepunten op pleinen. Ook worden vrijwilligers van buurtteams getraind om signalen te herkennen. Op het moment van schrijven is nog geen nieuw besluit aangekondigd.
De gemeente Amsterdam benadrukt dat meldingen cruciaal zijn. Hoe meer meldingen, hoe beter de inzet van politie en handhaving kan worden gepland. Cijfers laten zien waar en wanneer het misgaat. Zo kan de stad sneller bijsturen in een wijk of portiek.
Bewoners willen zichtbare handhaving
In buurten met veel ouderen klinkt de wens voor meer zichtbare controle. Bewoners in bijvoorbeeld Buitenveldert en Bos en Lommer vragen om vaker wijkagenten in de straat. Een korte ronde rond portieken geeft rust, zeggen zij. Ook helpt het om oplichters af te schrikken.
Ondernemers sluiten zich hierbij aan, vooral aan drukke pleinen en winkelstraten. Zij zien veel voorbijgangers en kunnen snel alarm slaan. Met duidelijke afspraken over camerabeelden en contactpersonen gaat dat sneller. Zo ontstaat een netwerk dat elkaar waarschuwt.
Wijkraden en stadsdeelcommissies spelen een rol in het bundelen van deze signalen. Zij kunnen bijeenkomsten organiseren in buurthuizen. Daar krijgen bewoners praktische tips en delen ze ervaringen. Dat vergroot het veiligheidsgevoel in de straat.
De politie Amsterdam roept op tot alertheid, zonder paniek. Let op elkaars deurbel en loop eens bij een oudere buur langs. Kleine dingen helpen, zoals een ketting op de deur en afspraken met buren. Zo blijft de drempel voor onbekenden hoog.
Praktische tips en meldpunten
Laat niemand binnen die u niet kent, ook niet in uniform. Vraag altijd om legitimatie en neem de tijd om te controleren. Bel zelf de politie via 0900-8844 als u twijfelt. Bij spoed belt u 112.
Geef nooit uw pincode, pas of sieraden af aan de deur. Is er druk of haast, sluit de deur en bel een familielid of buur. Noteer kenmerken van personen en voertuigen. Dat helpt de recherche gericht zoeken.
Melden kan ook anoniem via 0800-7000 (Meld Misdaad Anoniem). Deel camerabeelden snel met de politie om verlies te voorkomen. Bewonersverenigingen kunnen een vaste contactpersoon aanwijzen. Zo gaan meldingen niet verloren.
Vraag bij het stadsdeel naar voorlichtingsavonden in uw buurt. Buurtteams en huismeesters hebben vaak folders met tips. Thuiszorgmedewerkers kunnen helpen met een deurspion of kierstandhouder. Kleine aanpassingen maken uw woning veiliger.

